De bestelling van een groot en kostbaar kunstwerk voor een kerk, zoals een koorgestoelte of een preekstoel, was een belangrijke beslissing. Naast een paus, een bisschop of een dominee, kwam er vaak een kerkbestuur of een ander college aan te pas. Gewoonlijk werd met de ontwerper een werkcontract afgesloten. Daar hoorde een ontwerptekening bij, die toonde hoe het werk eruit zou gaan zien. Een dergelijke tekening had een belangrijke juridische betekenis: als de designer te zeer van het afgesproken ontwerp afweek, kon hij daarop worden afgerekend. Het was dus van belang dat de ontwerper een duidelijke, informatieve ontwerptekening kon laten zien of hij die nu zelf had gemaakt of door een ander had laten uitvoeren.

Van links naar rechts: Toegeschreven aan Girolamo da Santacroce, ontwerp voor een altar, ca. 1526. Ignatz Weissleder (?), ontwerp voor twee preekstoelen, ca. 1750-1765. Onbekend, ontwerp voor een zilveren godslamp, ca. 1660-1675.

De herbestemming van kerken
Als gevolg van de ontkerkelijking in Nederland staan er tegenwoordig steeds meer kerken leeg. Inmiddels hebben al meer dan 1500 kerken een nieuwe bestemming gekregen, waaronder DePetrus in Vught. Buro Kade was als architectenbureau betrokken bij de herbestemming van kerk naar cultureel centrum. Een proces waarin tekeningen een belangrijke rol spelen en waarin deze ook nog steeds als bindend document worden gebruikt. Michael Bol van Buro Kade vertelt je in onderstaande video meer over de manieren van tekenen en de contracten die hierbij komen kijken.