Het uiterlijk van seksspeeltjes zegt veel over hoe we op dat moment over lust en bevrediging denken. Over taboes die er misschien nog op rusten. En over de toekomst van seks en de idealen van ontwerpers.
Mechanisch en kil
Pak ’m beet 150 jaar geleden bedacht en ontwikkelde de Britse arts Joseph Mortimer Granville de eerste elektrische vibrator. De gadget werd ingezet voor allerhande kwaaltjes: van spierpijn en constipatie, tot rugpijn en diabetes. De vibrators zien er tot aan de jaren 60 min of meer hetzelfde uit: mechanisch, functioneel en kil. Dat zegt veel over de gendernormatieve blik op seksualiteit en laat zien dat de ontwerpers veelal cismannen waren. De seksuele revolutie brengt daar verandering in en zorgt voor meer aandacht voor vrouwelijk genot en de clitoris.
Me Tarzan
En toen was daar Tarzan. Deze door het Japanse Vibratex ontwikkelde vibrator stond in de jaren 70 op zo’n beetje ieders verlanglijst. Het succes had alles te maken met de driedubbele stimulatie. Het design, een mannetje met een aapje tussen de benen, zag eruit als speelgoed. Belangrijk, omdat er in Japan een verbod op seksspeeltjes was. Toch legde Tarzan het af tegen de Hitachi Magic Wand, een vibrator die in 1968 in eerste instantie als massageapparaat werd geïntroduceerd. Het speeltje werd zó populair – mede door de legendarische masturbatieworkshops van Betty Dodson aan het begin van de jaren 70 – dat de Amerikaanse hitserie Sex and the City er in 2002 zelfs een hele aflevering aan wijdde.
Voor ieder wat wils
Vanaf het begin van deze eeuw is er veel veranderd, mede dankzij de komst van technologische ontwikkelingen, het internet en daarmee de vrije toegang tot “informatie”. De heteronormatieve norm verschuift en er worden nu seksspeeltjes ontworpen voor en door personen met diverse seksuele voorkeuren en genderidentiteiten.